Zonder docenten geen centrale examens!

Om de centrale examens in het voortgezet onderwijs ieder jaar weer tot stand te brengen, zetten honderden docenten zich in. Dat doen zij in allerlei verschillende commissies. In dit artikel leggen we uit welke commissies er zijn en wat ze doen. Het College voor Toetsen en Examens (CvTE) kiest er uiteraard bewust voor om docenten te betrekken bij de totstandkoming van de centrale examens. Docenten zijn dagelijks bezig met lesgeven, zij weten wat hun leerlingen kennen en kunnen en gebruiken dit bij het opstellen van de examenvragen. 

Voordat examens gemaakt kunnen worden, moet natuurlijk eerst bepaald worden over welke leerstof de opgaven moeten gaan. Deze stof staat in het examenprogramma. Ieder vak en ieder niveau heeft een eigen examenprogramma. In Den Haag wordt op voordracht van de minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs bepaald welke stof leerlingen moeten kennen, kunnen én toepassen. Dat bepalen gebeurt niet zonder betrokkenheid van docenten. Onder leiding van de Stichting Leerplanontwikkeling (SLO) ontwikkelen zij de examenprogramma’s die door de minister worden vastgesteld. Vervolgens laat het CvTE in syllabuscommissies de examenstof voor het centraal examen verder uitwerken. Het CvTE zorgt dat er voor elk examenprogramma een syllabus beschikbaar is. Deze wordt jaarlijks opnieuw vastgesteld.

Vakvernieuwing

Er kan ook sprake zijn van vakvernieuwing. Dan worden er nieuwe of aangepaste examenprogramma’s ingevoerd voor een vak. Om dit mogelijk te maken, komt er eerst een vakvernieuwingscommissie van SLO. Vervolgens stelt het CvTE een syllabuscommissie aan. Hierin bekijken docenten de exameninhoud en brengen aanpassingen aan in een concept-syllabus. De aangepaste concept-syllabus wordt vervolgens via veldraadpleging voorgelegd aan de docenten van het vak. Met de input van de vakdocenten wordt de syllabus vastgesteld. 

Voor het maken van de examens geeft het CvTE jaarlijks voor ieder vak en ieder niveau een constructieopdracht aan Cito. Onder leiding van één of meerdere toetsdeskundigen van Cito gaan docenten in een constructiegroep aan de slag om examenopgaven te maken. In iedere constructiegroep zitten ongeveer 3 tot 4 docenten. Zij komen een aantal keer per jaar bij elkaar en hebben ook contact via een beveiligd online platform. 

Vaststellen

Als een constructiegroep klaar is gaan de examenopgaven naar een vaststellingscommissie van het CvTE. Voor de meeste vakken is er een vmbo vaststellingscommissie én een havo/vwo commissie. Iedere vaststellingscommissie heeft een voorzitter die komt uit het vervolgonderwijs van het niveau waarop zij een examen vaststellen. De leden van vaststellingscommissies zijn docenten uit het voortgezet onderwijs. Uiteraard werken zij met een hele strenge geheimhoudingsplicht. Het spreekt voor zich dat een docent niet in een constructiegroep én in een vaststellingscommissie mag zitten. Een vaststellingscommissie vergadert afhankelijk van het vak tussen de 5 en 15 keer per jaar. Daarnaast is de voorzitter ook in de examenperiode beschikbaar, voor het geval er vragen of opmerkingen over de examens komen. 

Over de examenperiode gesproken, namens het CvTE is er ook een roosteradviescommissie. In deze commissie zitten docenten die op hun school ook examensecretaris zijn. Zij maken aan de hand van een aantal uitgangspunten ieder jaar een rooster voor de centraal examens. Uiteindelijk stelt het college van het CvTE het rooster vast. 

Wil je als docent ook meewerken? Kijk dan eens naar onze vacatures.