‘We zijn blij met signalen uit het veld’
Als programmamanager centrale examens voortgezet onderwijs (vo) is Freya Martin betrokken bij de voorbereiding, het verloop, de afronding en de evaluatie van de centrale examens vo. Het gaat hierbij om examens voor de algemene vakken zoals bijvoorbeeld Engels en geschiedenis en examens voor de beroepsgerichte profielvakken, zoals bijvoorbeeld mobiliteit en transport. Freya: ‘Mijn werkterrein beslaat een breed scala aan onderwerpen. Eigenlijk bijna alle niet-vakspecifieke zaken passeren de revue. Communicatie, afstemming binnen het CvTE en samenwerking met ketenpartners DUO, Cito, de Inspectie van het Onderwijs en het ministerie van OCW vormen belangrijke pijlers.’
Na haar studie Duitse taal- en letterkunde startte Freya haar loopbaan in 1998 als docent Duits aan een middelbare school. Daarna werkte ze bij een educatieve uitgeverij als projectcoördinator talen. In 2007 maakte ze de overstap naar de voorloper van het College voor Toetsen en Examens (CvTE), waar ze begon als clustermanager talen en kunstvakken havo en vwo. Midden in de coronatijd startte ze als programmamanager. ‘Ik denk graag in oplossingen en viel met mijn neus in de boter. Hoe organiseer je de centrale examens vo op een manier waarop alle leerlingen goed hun examen kunnen afronden? Dat is en was, zeker ook in de coronajaren, een ingewikkelde puzzel die we samen met alle betrokkenen leggen.’
Geen extra maatregelen
Het examenjaar 2023 was weer het eerste jaar zonder extra coronamaatregelen. ‘Dat was best spannend,’ vertelt Freya. ‘Kandidaten hadden de jaren ervoor natuurlijk te maken gehad met (de impact van) corona, maar het is eigenlijk heel goed gegaan’. Wel was er dit jaar nog een uitbreiding van het tweede tijdvak van vier naar tien examendagen. ‘Op basis van de daarmee opgedane ervaringen en de feedback van leerlingen en scholen, hebben we besloten vanaf 2024 het tweede tijdvak uit zes dagen te laten bestaan en een dag later te laten beginnen. Leerlingen krijgen zo iets meer tijd om te leren voor een herkansing of het inhalen van een examen. Ook biedt het meer ruimte voor leerlingen in Caribisch Nederland om hun examen af te ronden. De examens moeten daar op hetzelfde tijdstip als in Nederland worden afgenomen. Vanwege het tijdsverschil kan dat alleen met de examens die in Nederland in de middag worden afgenomen.’
Evalueren en communiceren
‘We zijn nu volop bezig met de evaluatie van de examenperiode 2023,’ vervolgt Freya. ‘Al voor de zomervakantie voerden we met onze ketenpartners een eerste gesprek over de ervaringen tijdens de afnameperiode op de gebieden logistiek, inhoud en communicatie. Verder hebben we enquêtes verspreid onder docenten. Een impressie van onze bevindingen staan in het verslag centrale examens vo 2023 dat we samen met Cito hebben gemaakt. Dit verslag geeft een beeld van de afgelopen examenperiode met data over onder andere normering, aantallen inhoudelijke meldingen, aanpassingen van correctievoorschriften én bijzonderheden.
In september hebben we met OCW, DUO, de inspectie en Cito uitgebreider teruggeblikt aan de hand van enkele thema’s en cijfermatige uitkomsten.’
Luisteren naar signalen
‘Signalen vanuit de samenleving en het onderwijsveld nemen we serieus. Hierbij hoort ook oog en oor te hebben voor veranderingen in de maatschappelijke context die kunnen leiden tot onduidelijkheden of gevoeligheden bij leerlingen tijdens de afname van de examens. In dat kader zijn dit examenjaar vanwege de oorlog in Oekraïne en de situatie in Rusland in de centraal schriftelijke examens Russische plaats- en persoonsnamen verwijderd.
We vinden het belangrijk feedback op te pakken’, benadrukt Freya. ‘Dit jaar heeft het CvTE bijvoorbeeld een onderzoek laten uitvoeren naar de correctielast centrale examens vo. Signalen van docenten maakten duidelijk dat de beschikbare tijd om een examen na te kijken bij sommige vakken als te krap werd ervaren. Naar aanleiding van de uitkomst hebben we het correctie-intensieve vak Nederlands naar voren gehaald en gewisseld met het vak Engels.’ Zo’n verandering is minder makkelijk door te voeren dan het lijkt, want het heeft altijd weer consequenties voor het totale examenrooster. Eenvoudiger was het besluit om de startdatum van het examenrooster 2026 eerder bekend te maken, namelijk in februari 2024 in plaats van kort voor de zomervakantie. Het examenrooster voor 2026 is dan nog niet klaar, maar de begin- en einddata zijn wel al duidelijk. Zo kunnen scholen hier bij hun vakantieplanningen eerder rekening mee houden. Dit is met name voor de planning van de meivakantie belangrijk. Eigenlijk een simpele aanpassing, naar aanleiding van opmerkingen vanuit schoolbestuurders waar we zelf niet zo gauw op zouden zijn gekomen. Kortom, we zijn blij met signalen die afgegeven worden, we pakken ze op en zoeken naar oplossingen.’